GOUDhartslag


Oorsprong

Honing, ook wel vloeibaar goud genoemd, werd in Egypte als voeding van de goden beschouwd en als levend geworden tranen van zonnegod Ra. In het oud Perzische rijk is goud altijd in verband gezien met het licht van de zon. Aurum (latijn v. goud) was een soort metafoor voor zonlicht, maar het ging een stapje verder, in wezen beleefde men het goud als gestold licht. Men ging ervan uit dat de zon als kloppend hart van alle leven goud schenkt om ons mensen te herinneren aan dit feit.

In recente tijden onderschreef de moderne wetenschap deze intuïtieve kennis met de ontdekking dat letterlijk elk individueel goudatoom dat nu op deze aarde kan worden gevonden en aangeraakt, inderdaad ooit is gesmeed in de dieptes van nucleaire stromen in het inwendige van supersterren. Een proces dat plaatsvond in de gewelddadige eindfase van grote zonnen die stierven, nog lang voor ons eigen zonnestelsel werd geboren. Zó oud en zó nieuw is 'ons' goud.

Echter belicht de wetenschap met deze theorie hier slechts één kant van de werkelijkheid en zegt het ons nog niets over het wezen en de geestelijke oorsprong van het goud.
Daarvoor lijkt het ontwikkelen van nieuwe innerlijke organen onontbeerlijk voor de toekomst.

De waardeverhouding van goud tot zilver werd door de oude priesters bepaald op 131/3 staat tot 1.

Deze toenmalige verhouding verklaren we nu door middel van de wet van vraag en aanbod. In de oudheid echter las men haar af uit de omlooptijd van de zon en de maan om de aarde.

Tot op zekere hoogte zijn dit toch ook abstracties voor ons en is er inmiddels behoefte aan een meer concrete, eigentijdse blik waarmee we tot het ware wézen van goud kunnen door dringen.

Op de eerste munten staat een labyrinth* afgedrukt. Het verwijst naar het feit dat we als mens een (goddelijk) ideaal en doel hebben en dat de zoektocht naar de realisatie daarvan ten diepste met geld samenhangt.

' Het geldelijk labyrinth '


Op de eerste munten staat ook Godin Juno afgebeeld. In haar ene hand draagt zij de hoorn des overvloeds en in de andere hand een weegschaal. Uit de geschiedenis blijkt dat zodra het goud 'verdeeld' wordt tot muntgeld en daarmee vervreemd raakt van zijn sacrale oorsprong en idealen, hebzucht zich meester maakt van de mens. Dan wordt de natuurlijke (goud)balans verstoord.